Topsport talent in the picture - In gesprek met rugbytalent Niels - Aleco

Topsport talent in the picture

Een blik in de wereld van rugby

Een interview met Niels Nagtzaam

 

Je hebt soms dat je eerste indruk van iemand volledig de plank misslaat. Dat had ik voorafgaand aan mijn interview met topsport rugby talent en Aleco All Star Niels Nagtzaam. Mijn beeld van rugby was dat van boos kijkende mannen die alles kort en klein kunnen beuken, maar verder niet heel veel meer inhoud hebben. Wat zat ik ernaast zeg… Hoewel Niels een boom van een jongen is die mij (met mijn 1,90 meter) overschaduwd, is het een jongen met een hoop inhoud, rust en bedachtzaamheid. Ik trek dan ook het boetekleed aan en zeg dat ik er dus echt volledig naast zat. Mijn excuses naar Niels en de hele rugby community, want ik denk dat veel andere sporten een hoop van jullie kunnen leren!

 

Wil je weten hoe ik van mijn geloof gevallen ben en juist nu zo enthousiast naar de rugbywereld kijk? Lees dan vooral het gesprek dat ik heb gehad met Niels!

 

Joram:

”Hey Niels, we sprake elkaar net al even en toen had je het over school. Vwo 5 zit je nu in toch? Lukt dat een beetje, topsport combineren met je studie?”

Niels:

”Het is wel goed te combineren met topsport ja. Het Norbertus Lyceum is daar best wel makkelijk mee. Die zeggen gewoon: Als je moet sporten, dan moet je gaan sporten. Tot nu toe werkt dat goed voor mij, want ik sta er gewoon goed voor.”

 

Joram:

”Je hoort toch vaak dat topsport en studeren op hoog niveau niet helemaal samengaan, dus het is goed om te horen dat het wel te doen is. Dan tikken we toch al even aan waar we hier daadwerkelijk voor zijn, namelijk jouw sport. Rugby, hoe ben je daar ooit mee begonnen? Hoe ben je in die wereld terecht gekomen?”

Niels:

”Vroeger was er een klasgenootje in groep 6 of 7 die op rugby zat. Dat vond ik echt supergaaf, alleen zat ik zelf toen nog op voetbal. Ik was keeper en het jaar ervoor waren we kampioen geworden. Dat was toen allemaal leuk natuurlijk, maar het seizoen nadat we kampioen waren worden was het eigenlijk niks meer. Ik was dan dus de keeper en liet alle ballen door. Ja dan krijg je dat ook wel te horen, dus toen had ik er eigenlijk geen zin meer in.

Toen kwam ik wel tot het besef dat voetbal misschien niet mijn sport is en ben ik verder gaan kijken. Rond die tijd zei Roald, de jongen van school, kom eens mee naar de rugby! Hierop ben ik dus een keer meegegaan en eigenlijk verliefd geworden op de sport. Meteen die eerste training dacht ik van ja dit is echt leuk. Met rugby is het namelijk zo dat je meteen in de groep opgenomen wordt. Ik kwam daar en er was al gewoon een groep, maar die eerste training hoorde ik er gewoon gelijk bij. Niemand zeurde op elkaar.”

 

Joram:

”Dat is inderdaad wel een ideale manier om erin te komen natuurlijk. Gewoon meteen lekker in de groep. Zelf heb ik ook een keer op de basisschool zo’n rugby training meegedaan en ik vond het ook echt leuk, maar wist ook meteen dat ik er niet voor in de wieg gelegd was. Wanneer wist jij eigenlijk dat je het niet alleen leuk vond, maar er ook wel degelijk talent voor had?”

Niels:

”Ik zelf wist het denk ik toen andere mensen het tegen mij begonnen te zeggen. Mijn trainer toentertijd zei echt al ‘’Jij gaat ver komen!’’, terwijl ik toen nog hier gewoon bij Roosendaal een fly half was. Niks speciaals of iets. Toen kwamen er steeds meer mensen van dat ik wel goed was en ook ouders van de tegenstander langs de kant dat ik te goed en te oud zou zijn. Die geloofde allemaal niet dat ik in die leeftijdscategorie hoorde.

Toen ik doorstroomde naar de RDD, een soort selectiedagen. Daar werd ik ook wel erkend als goed, maar zelf zie ik het niet alsof ik de beste ben of iets in die richting. Ik zie het gewoon als: dit is iets wat ik kan en ik heb mijn breedte niet echt mee, maar qua lengte en snelheid wel. Ik kan alleen nog steeds op heel veel punten verbeteren. Daarom haal ik meer voldoening uit andere mensen die positief over mij zijn, dan dat ik zelf het erken. Het is meer waard als andere mensen het zeggen.”

 

Joram:

”Dat is natuurlijk ook het belangrijkste, dat andere mensen het erkennen en herkennen. Als je jezelf helemaal geweldig vindt is dat leuk voor jou, maar dan kom je nog nergens. Je zei dat je hier in Roosendaal begonnen bent, kan je ons meenemen in hoe jouw loopbaan binnen het rugby tot nu toe een beetje is gegaan?”

Niels:

”In groep 7 begonnen dus, hier in Roosendaal. Toen zijn we het eerste seizoen ongeslagen geweest in heel Nederland, 57 wedstrijden achter elkaar gewonnen. Toen dacht ik wel gelijk ‘’Dit wil ik!’’. Daarna is het hier in Roosendaal wat afgezakt qua niveau, toen waren we gewoon net wat minder goed. Toen begon ik te twijfelen of het toch wel was wat ik wilde. Want als ik hoor dat ik goed ben, maar ik kan me niet door ontwikkelen, zit ik dan hier wel op mijn plek? Dus toen ben ik in de tweede of derde van het vwo een beetje gaan twijfelen om naar Breda te gaan. Breda is natuurlijk redelijk dichtbij en die spelen in de cup. Dat is de beste poule van Nederland.

Toen in de derde ben ik ook bij Nederland onder-16 gekomen en toen dacht ik wel dat als ik bij onder-17 wil komen en bij Nederland wil blijven, dan moet ik wel echt op een hoger niveau gaan spelen. Vorig jaar heb ik toen de knoop door gehakt om naar Breda te gaan en daar zit ik nu, in combinatie met Nederland onder-17.”

 

Joram:

”Je zei net dat jullie het eerste seizoen ongeslagen waren. 57 wedstrijden op een rij gewonnen, dat is heel indrukwekkend. Een prestatie die waarschijnlijk niet heel veel ploegen kunnen tonen. Maar hoe voelt het dan om na zoveel wedstrijden te winnen, om die eerste wedstrijd dan te verliezen? Wat gebeurde daar?”

Niels:

”Ja dat weet ik nog wel. We waren toen kampioen van Nederland. Je speelt dan nog niet echt losse wedstrijden, maar toernooitjes. Op één toernooi was toen de kampioen van België en in België hadden ze al wel een competitie toen. Die kampioen kwam toen naar een wedstrijd van ons en die hebben we toen 2-1 van hen verloren. We hebben toen nog nooit zo hard gehuild met zijn allen, we waren echt helemaal verslagen. We waren het gewoon niet gewend, want we wonnen alles. Toen was er opeens een tegenstander die ook won en ja dan kan er maar één blijven winnen. Ik weet het nog precies. Daarna moesten we een foto maken, allemaal met tranen op die foto.”

 

Joram:

”Ja ik kan me voorstellen dat dat wel heftig is ja! Ik ben niet heel erg thuis in rugby. Je zegt 2-1 verloren, hoe zit het met punten in rugby? Is 2-1 een groot verschil of is dat hakken over de sloot winnen of verliezen?”

Niels:

”Bij de benjamins, de mini’s en de turfen is het net als bij voetbal, als je een punt maakt dan heb je één punt. Vanaf de cups is het zo dat als je de try drukt, dus de bal over de lijn heen drukt, dan krijg je 5 punten. Als je die 5 punten hebt gemaakt mag, je op de zelfde lijn in de lengte van waar je de try hebt gedrukt, op de palen schieten en als je die raakt krijg je nog eens 2 punten, bovenop de 5. Als je in het spelletje een penalty krijgt, dan mag je vanaf dat punt ervoor kiezen om op de palen te kicken en dan krijg je 3 punten als dat lukt. Het is wel wat ingewikkeld, maar zo werkt het ongeveer.”

 

Joram:

”Ja het is wel wat ingewikkelder dan voetbal, maar op zich nog wel overzichtelijk.”

Niels:

”Ja, het is dus ook belangrijk dat je goed kan kicken. Je kan namelijk wel een try maken, maar als de tegenstander dan 2 penalty’s kickt en jij mist jouw kick na de try, die 2 punten, dan sta je weer 6-5 achter. Terwijl je tocht wel gescoord hebt. Alleen hebben de tegenstanders dan op een andere manier toch de punten binnen gehaald. Het wordt heel vaak onderschat door mensen buiten de rugby: Het is niet normaal tactisch. Qua posities en qua gameplan is het enorm complex. Iedereen denkt dat je geen opstelling hebt, maar je hebt geen opstelling qua posities bij rugby. Je hebt hele gameplans, hele plannen die erachter zitten. Je hebt niet zoals bij voetbal een 4-3-3, maar je hebt echt een hele tactiek erachter zitten.”

Topsport - Rugbyer Niels

 

Joram:

”We hadden het net al even over school. Wat zijn nou echt de dingen waarin je school en topsport moet combineren? Wat is er lastig aan, wat is er juist leuker door?”

Niels:

”Wat leuker is, is dat ik niet naar LO (Lichamelijke Opvoeding/gym) hoef op school. Dus als dat de laatste 2 uur is, dan mag ik gewoon weg. Op donderdag mag ik de eerste 2 uur gewoon hier bij Aleco sporten. Dat is ook superfijn. De combinatie van school en topsport is wel fijn, dat gaat goed samen. Alleen de combinatie school, topsport en de rest is wel lastig. Ik zit iedere avond wel vol met sport, iedere dag vol met school. Dus eigenlijk is de zondag de enige dag die ik echt over heb. Dan ben ik kapot van de rugby, dus dan ga ik ook niet echt nog iets doen. Dan moet ik echt even op adem komen van de week. Dat is eigenlijk wel het enige lastige wat echt moeilijk te combineren is.”

 

Joram:

”Je zit dan nu in 5 vwo, volgend jaar examens. Hoe ziet jouw roadmap de jaren daarna eruit? Wat zijn jouw doelen en waar wil je naartoe werken?”

Niels:

”Ik heb wel wat extreme doelen, maar we hadden eerst gekeken of ik naar Engeland kon. Dat ik daar naar een universiteit kon in combinatie met rugby, maar door de BREXIT is dat niet meer mogelijk. Dan zou het zo duur worden, als je dat kan betalen dan zit je er wel warmpjes bij. Nu hebben ze via de bond gezegd dat ze in Zuid-Afrika iets goedkopers konden regelen of in Frankrijk. Dat zijn beide ook topsport landen om rugby in te spelen. Echter moet ik dan even kijken wat ik wil en of dat wel haalbaar is, maar als het te combineren is dan heb je gewoon een team dat speelt voor de universiteit en dat lijkt me wel echt supergaaf om dat zo op die manier te combineren.”

 

Joram:

”Dat klinkt wel als een unieke kans!”

Niels:

”Ja dat is het ook wel. Ik ben me er wel van bewust dat ik unieke kansen krijg en als ik ze dan niet volledig pak, dan zou ik dat niet fijn vinden. Bijna niemand krijgt de kans om in het buitenland te gaan spelen op topsport niveau en als ik hem dan wel kan krijgen, waarom zou ik het dan niet doen?”

 

Joram:

”Dat is inderdaad een keuze waar je je bewust van moet zijn en als je ervoor gaat wel echt achter moet staan. Dat is een goeie. Hoeveel mensen zijn er nou echt die op topsport niveau terecht kunnen komen binnen rugby? Hoe hard is die wereld van rugby daarin?”

Niels:

”Nederland is niet het beste land om te zijn als je wilt rugbyen. Op topniveau worden geen dikke salarissen betaald en ik weet niet eens of je wel überhaupt wel betaald krijgt bij sommige clubs uit de ereklasse. In mijn team zitten toevallig twee mensen die naar Frankrijk zijn gegaan dit seizoen en er komen er wel steeds meer die naar Frankrijk en Engeland gaan. Tim Visser is vanuit Nederland wel het bekendst. Het is niet echt dat je in Nederland automatisch naar de top kan. In Frankrijk zal dat makkelijker zijn dan hier, omdat hier het niveau gewoon minder is. Dat is lastig, maar een extra reden om er wel voor te gaan.”

 

Joram:

”Je sport hier dus ook bij Aleco. Dat doe je dus naast je al bestaande trainingen en programma’s. Waarom ben je hier bij Aleco gekomen?”

Niels:

”Ik was hier origineel gekomen, omdat dit de enige is die een samenwerking heeft met mijn school. Dat vond ik dus wel makkelijk te combineren. Het verschil met een echte gym, is dat je bij een sportschool zoals Basic Fit wel al die gewichten kan gaan rammen, maar met enorme biceps ga ik niet iemand op het rugbyveld kunnen pakken. Hier wordt er specifiek gekeken naar wat kun je met rugby, hoe is jouw houding. Er is een betere opbouw en een betere structuur waar je echt iets aan hebt en van kan leren in het spel. Dat heb je nodig op topsport niveau, niet gewoon gewichten rammen.”

 

Joram:

”Dus hier krijg je de hulpmiddelen om topsport specifiek stappen te zetten?”

Niels:

”Ja, ook met schema’s die je dan krijgt. Dat kan hier echt heel specifiek voor jouw sport zijn. Dat is wel echt fijn.”

 

Joram:

”Hoelang train je ondertussen al bij Aleco eigenlijk?”

Niels:

”Ik denk dat dat nu 2 á 3 jaar is. Nog niet heel extreem lang.”

 

Joram:

”In die 2 á 3 jaar, wat heb je gemerkt aan veranderingen binnen Aleco? Zijn er misschien dingen die voor jou specifiek veranderd zijn?”

Niels:

”Aleco heeft zich naar mijn idee vooral verder ontwikkeld op het gebied buiten de sportschool zeg maar. Dus op social media en dat soort platformen zijn ze veel actiever. Ze zijn actiever naar talenten toe, ze hebben daar programma’s voor opgericht. Dus op dat gebied zijn ze veel actiever en ze hebben uitgebreid met een fysiotherapeut. Je hebt hier nu gewoon alles erop en eraan zeg maar. Alles zit nu rond Aleco en in hetzelfde gebouw.”

 

Joram:

”Is dat een meerwaarde voor jou als sporter? Dat je hier op één locatie alles bij elkaar hebt zitten?”

Niels:

”Ja dat is wel echt een meerwaarde ja. In zo’n omgeving waar je dan alles hebt en je fijn kan voelen. Ik ga echt super graag naar Aleco, omdat ik hier de omgeving fijn vind, ik heb een goeie band met de trainers en de fysio loopt hier ook gewoon rond. Het is gewoon de omgeving en het hele plaatje wat echt superfijn is in combinatie met topsport.”

 

Joram:

”Ik weet niet zeker of ik het goed heb, maar volgens mij was het Chelsey die zei dat je een tijdje geleden met een blessure te maken hebt gehad.”

Niels:

”Ja, ik heb non-stop blessures. Als er iets is wat me tegen zou kunnen houden van de top is het mijn eigen lichaam. Ik heb op het moment last van mijn enkels, mijn schouder heb ik een scheurtje in gehad, ik heb hersenschuddingen gehad. Ik ben niet gemaakt voor rugby, maar ik ben overtuigd dat het met keihard werken nog steeds kan. Dat is ook wel iets wat ik weet, dat ik voorzichter moet zijn met mezelf.”

 

Joram:

”Zijn er dingen die jij daarin nog extra zou kunnen gebruiken om beter voorbereid te zijn, beter weerbaar, sneller terug te kunnen komen of wat dan ook? Zijn er dingen die jou nog extra zouden kunnen aanvullen in jouw ontwikkeling om op topsport niveau te presteren?”

Niels:

”Ik ben nu op zich wel goed op weg. Ben net klaar bij de fysio. In een korte tijd ben ik best wel erg snel gegroeid, daardoor ben ik ook zo blessuregevoelig. Daardoor kwam ik ook niet aan, ik was echt gewoon een grassprietje en nu ben ik wat meer in de breedte gaan groeien en daardoor ga ik me nu steeds verder door ontwikkelen. Daardoor kan ik nu nog niet goed zeggen of ik nog iets extra nodig heb, omdat ik nog in het proces zit van het ontdekken.”

Topsport - Rugbyer Niels

 

Joram:

”Dan pakken we hem weer even terug op het rugby specifieke deel. Je hoort best vaak de uitspraak dat voetbal een heren sport gespeeld door hooligans is en rugby een hooligan sport gespeeld door heren is. Wat is voor jou het gene dat dit het meest typeert?”

Niels:

”Als voorbeeld: Je hebt Lodewijk de Jager, een 2,10 meter lange en 125 kilo wegende rugbyspeler van Zuid-Afrika, naast een scheidsrechter van 1,60 meter en 60 kilo die de Jager bij zich roept. Het enige wat de Jager zegt is ‘’Ja meneer, ik zal erop letten.’’. Het respect naar de scheidsrechter is iets wat je niet snel ergens anders zal kunnen vinden. Ik zeg niet dat het nooit fout gaat of iets, maar de scheidsrechter blijft er altijd wel buiten. Daar doe je nooit iets mee of tegen. Die is gewoon de baas. Als hij iets zegt dan is het ook gewoon zo.

Tijdens de halve finale van het WK van een paar jaar geleden tussen Schotland en Australië stond Schotland voor met één punt en kreeg Australië onterecht een penalty op de palen waarmee ze 3 punten konden verdienen. Dan zouden ze dus winnen. Iedereen zag dat die onterecht was, maar de scheidsrechter zei dat het terecht was. Dus dan was het ook terecht, niemand gaat er dan tegenin. Dan denk je als speler: Hij zegt het, dus dan zullen wij het allemaal wel fout zien. Het respect is gewoon enorm.”

 

Joram:

”Dat is wel bijzonder in topsport, vooral voor een moment waarop je zo hoog in je emoties zit. Wat is overigens iets waarvan jij denkt dat het de grootste fout is die mensen maken als ze denken over rugby?”

Niels:

”Dat het een beetje loop inlopen is, dat er geen techniek achter zit. Dat het gewoon een beetje is dat mensen tegen elkaar aan lopen en beuken… Ja nee, beuken, dat woord hoef ik niet te hebben zeg maar. Als je een foute tackle maakt, dan kan het gewoon klaar zijn. Dus bij iedere tackle moet je gewoon zoveel techniek hebben. Het is niet zomaar een balletje gooien. Als je twee van die grootte gasten op je afkrijgt moet je maar zien dat die bal netjes bij je medespeler komt of dat je netjes valt bijvoorbeeld. Beuken en dat soort dingen, dat is wel de grootste fout die mensen denken over rugby.”

 

Joram:

”Heb je verder zelf nog iets over je sport, wat er komt kijken bij topsport, trainen, het leven buiten je sport waarvan je denkt dat het echt iets is wat mensen zouden moeten weten, maar waar ze nu nog niet bij stilstaan?”

Niels:

”De sfeer bij rugby. Die is gewoon abnormaal. Als je naar zo’n internationale wedstrijd gaat zitten de fans van tevoren gewoon met elkaar op het terras. De verschillende teams gewoon samen, liedjes te zingen en van alles. Dan tijdens de wedstrijd is het vuur, maar daarna ga je die gasten van de verschillende teams weer gewoon samen in het café vinden. De sfeer binnen rugby is gewoon echt abnormaal.”

 

Joram:

”Dat is een mooie ja! Ook een mooie om mee af te sluiten, een oproep aan iedereen om als het weer kan eens een wedstrijd te bezoeken en deze unieke sfeer zelf te ervaren. Niels, bedankt voor je tijd en we gaan zeker nog van jou horen!”

 

En? Ook weer een stuk wijzer geworden over rugby en de wereld er omheen? Top!

Ben jij nu ook een jong talent en wil je net als Niels bij Aleco trainen om jouw ontwikkeling een boost te geven? Kijk dan vooral even op onze All Stars pagina! Wel willen sporten, maar geen ambities om op topsport niveau uit te komen? Dat kan natuurlijk ook bij ons, kijk dan vooral bij Fit&Gezond wat we voor jou kunnen betekenen!